Take a photo of a barcode or cover
A review by jeltenieuwhuis
The Conservationist by Nadine Gordimer
5.0
Wat een boek.
Ik vond het in mijn boekenkast terwijl ik wachtte op een roman die ik had besteld. Afgaande op de naam die erin staat geschreven heb ik het ooit eens uit de boekenkast van mijn ouders ge-ehm-leend. Die kochten het in 1979, 5 jaar nadat het was bekroond met de Booker Prize.
En boy oh boy wat is het goed… de zinnen die deze vrouw schrijft, de spanning die van elk ervan uitgaat… Spanning wordt vaak geassocieerd met plot, met vooralsnog achtergehouden informatie over het verloop van een verhaal. Maar de spanning die in één enkele zin kan zitten, die is minder grijpbaar. Toch heeft het ook op dat niveau te maken met wat niet wordt gezegd, denk ik, met subtekst die broeit onder de daadwerkelijk geschreven tekst. Kafka is daar een meester in, Coetzee ook.
Is het toevallig dat dat een landgenoot is van Gordimer? Ik heb veel aan Coetzee moeten denken tijdens het lezen, vooral aan ‘Disgrace’. Misschien is dat afgezaagd, misschien is het een gemakzuchtige link tussen twee geweldige schrijvers die toevallig in hetzelfde land zijn geboren. Maar ja, dat land wordt natuurlijk wel zichtbaar in het werk van die schrijvers. En misschien zit ook in dat land de broeierige spanning die ik al waarnam in de taal. De spanning van een even rijke als wispelturige natuur, maar vooral ook de spanning die de kansenongelijkheid tussen bevolkingsgroepen met zich meebrengt, zeker in The Conservationist, dat zich afspeelt ruim voordat apartheid werd afgeschaft.
Waarom horen we zelden meer iets over Gordimer? En wel over Coetzee? Is het omdat Gordimer dood is? Neemt ze als witte schrijver ruimte in die nu aan zwarte auteurs moet worden gegund? Wordt haar werk niet meer actueel geacht, omdat ze schrijft over een systeem dat niet meer bestaat? Dat mag dan wel zo zijn, kansenongelijkheid is van alle tijden — net als briljant schrijven. Gordimer, niet voor niets ook Nobelprijs-laureaat, is in één klap toegetreden tot mijn galerij van favoriete naoorlogse schrijvers.
Ik vond het in mijn boekenkast terwijl ik wachtte op een roman die ik had besteld. Afgaande op de naam die erin staat geschreven heb ik het ooit eens uit de boekenkast van mijn ouders ge-ehm-leend. Die kochten het in 1979, 5 jaar nadat het was bekroond met de Booker Prize.
En boy oh boy wat is het goed… de zinnen die deze vrouw schrijft, de spanning die van elk ervan uitgaat… Spanning wordt vaak geassocieerd met plot, met vooralsnog achtergehouden informatie over het verloop van een verhaal. Maar de spanning die in één enkele zin kan zitten, die is minder grijpbaar. Toch heeft het ook op dat niveau te maken met wat niet wordt gezegd, denk ik, met subtekst die broeit onder de daadwerkelijk geschreven tekst. Kafka is daar een meester in, Coetzee ook.
Is het toevallig dat dat een landgenoot is van Gordimer? Ik heb veel aan Coetzee moeten denken tijdens het lezen, vooral aan ‘Disgrace’. Misschien is dat afgezaagd, misschien is het een gemakzuchtige link tussen twee geweldige schrijvers die toevallig in hetzelfde land zijn geboren. Maar ja, dat land wordt natuurlijk wel zichtbaar in het werk van die schrijvers. En misschien zit ook in dat land de broeierige spanning die ik al waarnam in de taal. De spanning van een even rijke als wispelturige natuur, maar vooral ook de spanning die de kansenongelijkheid tussen bevolkingsgroepen met zich meebrengt, zeker in The Conservationist, dat zich afspeelt ruim voordat apartheid werd afgeschaft.
Waarom horen we zelden meer iets over Gordimer? En wel over Coetzee? Is het omdat Gordimer dood is? Neemt ze als witte schrijver ruimte in die nu aan zwarte auteurs moet worden gegund? Wordt haar werk niet meer actueel geacht, omdat ze schrijft over een systeem dat niet meer bestaat? Dat mag dan wel zo zijn, kansenongelijkheid is van alle tijden — net als briljant schrijven. Gordimer, niet voor niets ook Nobelprijs-laureaat, is in één klap toegetreden tot mijn galerij van favoriete naoorlogse schrijvers.